In de sportkamer binnen het Park Groot Schijn krijgen twee voetbal- en twee korfbalclubs nieuwe sportvelden en elk een kantine binnen één gebouw. Het ontwerp is samen met de clubs en de gebruikers tot stand gekomen.
Het masterplan Park Groot Schijn legt in het hele gebied ‘kamers’ vast waarbinnen een bepaalde activiteit kan plaatsvinden. Zo is er naast de ‘sportkamers’ ook een ‘jeugdkamer’. De activiteiten binnen elke kamer liggen vast in het RUP, het ruimtelijk uitvoeringsplan voor het park. Sporting A en het district Deurne hechten in dit dossier enorm veel belang aan participatie. De vier clubs die hun intrek nemen in de sportkamer waren dan ook nauw betrokken bij het volledige ontwerpproces en keurden het ontwerp unaniem goed.
De twee voetbal- en twee korfbalclubs, die nu verspreid zitten in het gebied, krijgen in de sportkamer samen een gloednieuw kantine- en kleedkamergebouw en 4 kunstgrasvelden. Drie van die velden kunnen gebruikt worden voor voetbal en korfbal, een vierde enkel voor voetbalwedstrijden. Het ontwerpteam van Park Groot Schijn heeft op basis van alle programma’s van eisen van de verschillende clubs, het RUP, het masterplan en in samenspraak met de clubs het ontwerp opgemaakt.
Het sportgebouw komt verhoogd tussen de vier velden te liggen. Onderaan, ingewerkt in een talud, is er ruimte voor zestien kleedkamers en de technische lokalen. Daarboven zijn er vier cafetaria’s van de sportclubs met zicht op de vier velden. In het midden is een doorsteek voorzien zodat het gebouw steeds gemakkelijk langs beide zijden toegankelijk is. De twee ‘helften’ die daardoor gecreëerd worden, zijn een spiegeling van elkaar wat zorgt voor symmetrie. Er is veel glas voorzien op de eerste verdieping zodat vanuit de cafetaria’s een mooi zicht ontstaat op de wedstrijden en trainingen. De helling van de eerste verdieping naar de sportvelden doet aan de beide kanten van het gebouw dienst als tribune. Overdag kunnen scholen gebruik maken van de sportvelden en kleedkamers.
Het gebouw is integraal toegankelijk en voorzien van een lift en een toegangshelling. Elke cafetaria is afzonderlijk bereikbaar. Bovendien zijn ze onderling koppelbaar zodat ze als één ruimte gebruikt kunnen worden voor bijvoorbeeld een groot evenement.
Het gebouw heeft een beperkte impact op de natuurlijke omgeving van het park. Door een doordachte keuze van materialen kunnen de gebouwen mooi aansluiten op de natuur en zo meer één geheel vormen. Het is ook een lage- energie gebouw. Dit wil zeggen dat het zo weinig mogelijk energie verbruikt en daar vooral zelf in voorziet.
De ambitie is om alle gebouwen in het park bepaalde gemeenschappelijke elementen te geven (bv. luifels, doorsteken, groendaken, ...). Daardoor wordt duidelijk gemaakt dat ze allemaal van dezelfde ‘familie’ zijn, zonder hun eigenheid te verliezen.