Nico Dingemans werkt bij de groendienst van de stad en stuurt dagelijks 19 werknemers aan. Onlangs schreef hij zijn werknemer Karim in voor een opleiding Nederlands, aangeboden door de stad. Dat zorgde voor heel wat positieve resultaten.
“Als leidinggevende bij de groendienst is het mijn verantwoordelijkheid dat mijn werknemers hun opdrachten correct en efficiënt uitvoeren. Dat kan alleen als ze weten wat ze moeten doen en hoe ze dat moeten doen. Het vakjargon van de groendienst verstaan, is daarbij essentieel. Krijgen ze een werkbon waarop staat dat ze een boom moeten opkronen of moeten zorgen voor genoeg doorwortelbaar volume, dan moeten ze dat kunnen zonder uitleg te vragen aan hun ploegleider of aan een van hun collega's.”
“Toen de personeelsdienst van de stad me vroeg wie van mijn team een intensieve opleiding Nederlands kon gebruiken, schoof ik onder andere Karim naar voor. Karim was enthousiast toen hij hoorde dat hij de opleiding mocht volgen. Hij was erg gemotiveerd om beter Nederlands te leren spreken en schrijven.”
”Het belangrijkste is dat je medewerker genoeg zelfvertrouwen opbouwt om Nederlands te spreken in een groep. Eenmaal hij of zij over die drempel heen is, komt de rest vanzelf. Tijdens briefings merken we dat collega’s weinig opmerkingen of vragen hebben. Maar achteraf vragen ze wel uitleg aan een collega omdat ze tijdens het overleg de rest niet wilden ophouden of bang waren iets verkeerd te zeggen in het Nederlands.”
“Bij Karim was dat ook zo. Hij bedoelde het goed, maar durfde nooit te vragen om uitleg of een verduidelijking van wat hij moest doen. Maar nu, dankzij de opleiding, doet hij dat wel. En daardoor levert hij veel beter werk dan vroeger.”
Vond je dit artikel interessant? Lees de uitgebreide versie op het .