Foto: Photo News
Vandaag om 19:15 door Vincent Van Genechten | Bron: BELGA
Eli Iserbyt start zondag als één van de topfavorieten aan het BK veldrijden. “Ik voel geen druk”, zegt hij. “Mijn seizoen is al heel mooi en er komen nog heel veel kansen. Ik ga uit van mijn eigen sterkte zondag en heb van niemand schrik.”
LEES OOK.
Iserbyt won met de Koppenbergcross zijn laatste wedstrijd op 1 november. Op 3 november keerde Mathieu van der Poel terug in het veld en sindsdien moest de West-Vlaming vrede nemen met ereplaatsen. De conditie was ook even wat minder, maar de voorbije vier crossen, vier keer tweede, etaleerde de kopman van Pauwels Sauzen- Bingoal weer zijn vorm van het begin van het seizoen en toonde hij zich de sterkste na de Nederlander. Dus maakt hem dat de topfavoriet voor het BK. Ook zijn team schuift hem naar voren. “Het is een status waar ik wel mee vertrouwd ben. Bijna alle kampioenschappen bij de jeugd was ik favoriet. Alleen is dat nu bij de profs toch wel wat anders. Het moet nog niet, ik kan nog tien, vijftien jaar meedraaien en krijg dus nog kansen. Ik steek niet weg dat ik me goed voel, maar het is niet dat ik zondag start met grote druk. Ja, er zal gezonde stress zijn en ik wil graag winnen, maar ik heb al een mooi seizoen achter de rug.”
“Ik ga uit van mijn eigen sterkte en probeer niet te veel bezig te zijn met de tegenstander. Ik lig ook niet wakker van die titel en leef ontspannen naar het kampioenschap toe. Ik moet toegeven dat de verkenning me ook blij verrast. Ik ben geen zandspecialist en normaal ligt de Scheldecross me niet echt, maar dit parcours valt totaal niet te vergelijken met dat van vorig jaar. Er zijn toch heel wat veranderingen en om eerlijk te zijn, vaak in mijn voordeel. Je moet een paar keer meer dat bergje op, de balken liggen op een trager stuk van het parcours, de loopstroken zijn beperkt en er ligt over het algemeen minder zand dan ik had verwacht. Dus ben ik heel tevreden, al die dingen zie ik graag.”
LEES OOK.
LEES OOK.
“Mijn voornaamste tegenstanders? De usual suspects. Ik verwacht dat wel goed voor de dag zal komen. Natuurlijk is die blessure aan de ribben een nadeel, maar ik denk wel dat hij fysiek paraat zal zijn en intussen al wat beter hersteld is dan in Heusden-Zolder. Hij is medefavoriet. En dan heb je nog een hele rist namen. Wout van Aert? Ja, van hem weten we dat hij goed is, maar ik denk dat het BK voor hem nog wat te vroeg komt.”
Foto: BELGAVanthourenhout: “Eli is de kopman”
Michael Vanthourenhout is naast Laurens Sweeck en Eli Iserbyt de derde kanshebber op de nationale driekleur bij Pauwels Sauzen-Bingoal. “We kunnen hier zeker het ploegenspel spelen”, stelde de West-Vlaming woensdag na de verkenning in Antwerpen.
Vanthourenhout is geen zandspecialist, maar toonde zich toch tevreden na de verkenning. “Dit parcours is, toch zeker voor mij, een verbetering ten opzichte van de Scheldecross. Er zijn minder zandpassages en er liggen een aantal stroken die voor echt explosieve renners zijn. Natuurlijk zal het verschil wellicht wel gemaakt worden op de zandstroken. Als je daar goed door rijdt, kan je 10, 15 seconden nemen en wie daarna dan dat gaatje moet toerijden zal dat voelen.”
Niet Vanthourenhout is de kopman van Pauwels Sauzen-Bingoal, maar wel youngster Eli Iserbyt. “Als je ziet welke stappen hij heeft gezet het voorbije seizoen en vooral welke resultaten hij al heeft gereden, dat is het logisch dat hij de uitgesproken kopman is. Hij toonde zich na Mathieu van der Poel de sterkste de voorbije crossen. Hij heeft in die laatste ronde altijd nog iets over om het verschil te maken en naar die tweede plaats te rijden. De manier waarop hij afgelopen zondag met gemak de maat neemt van Corné Van Kessel, zegt genoeg.”
“We zullen het ploegenspel spelen. Daar is al over gesproken en we begrijpen mekaar. Veldrijden is een individuele sport, maar je kan op dit parcours wel op een paar passages iets doen voor een ander. Natuurlijk win ik graag ook zelf en ik voel wel dat ik de goede vorm te pakken heb, maar één ding is zeker, we gaan mekaar geen stokken in de wielen steken zondag.”
Met de medewerking van