Foto: Joren De Weerdt
“Meneer, en hoe heet u eigenlijk?” De trompettist was net terug het podium opgewandeld nadat zijn groep een nummer zonder hem had gespeeld. Ik was een beetje jaloers. Hij had die hele tijd heupwiegend en handenklappend toegekeken hoe de rest van de band de ziel uit het lijf funkte. Ondertussen moest ik me beperken tot knieschudden. De Kuub was volledig uitverkocht, maar het was het soort concert dat je eigenlijk in een zwoele jazzclub wilde zien. Ergens waar net te weinig plek was, zodat je wel dicht tegen je geliefde aan kon schuren.
Vlak voor het nummer had de trompettist zijn drie bandleden voorgesteld. Daarbij was hij zichzelf vergeten. En hoewel de Tielenaar zei een thuismatch te spelen, wilde het publiek hem toch graag een open ...
Met de medewerking van