Het heraangelegde gebied tussen de Grote Markt en de Belgiëlaan in Herentals maakt kans op de prijs van het Congres Publieke Ruimte. De inwoners delen de lof voor het project, al is het een tijdelijke situatie.
Om de metamorfose van dit gebied tussen de huizen op de Grote Markt, Hofkwartier en Belgiëlaan goed in te schatten, is het handig even terug te gaan naar de situatie van enkele jaren geleden. Toen konden automobilisten via het marktplein naast feestzaal 't Hof een kleine, achterin gelegen centrumparking oprijden.
De laatste jaren werd ook het braakliggende deel achter hotel Karmel als bijkomende (onverharde) parkeerzone benut. Die parking reikte niet verder dan de perceelgrens van zaal 't Hof, het verdere gebied tot de Belgiëlaan bestond in feite uit de private achtertuinen van het Hofkwartier.
Tussen die zone en het donkere stadspark door liep het Loopke, een kronkelend verbindingspad tussen Belgiëlaan en Zandstraat. Op zich een snelle doorsteek voor voetgangers en fietsers, maar bij regenweer was het in feite een slijkboel. Bovendien waagden na het invallen van het duister nog maar weinig mensen zich in het donkere steegje met zijn vele hoeken en kanten.
Licht en luchtig
Mede dankzij enkele nieuwbouwprojecten in Hofkwartier en Belgiëlaan kon de stad Herentals stelselmatig de binnengronden verwerven en er een nieuw plan voor het hele gebied ontwikkelen.
De stad kuiste het nogal woeste stadspark uit tot een open groengebied met heel wat speelse elementen, fatsoeneerde het Loopke tot een licht en luchtig verbindingspad en legde een groen ogend parkeerterrein aan in het binnengebied. Daar kunnen zeventig voertuigen staan, een twintigtal meer dan tijdens de oude situatie.
Ook hier is met een uitgekiende groenaanleg en de introductie van houten zit- en speelelementen een aangename sfeer geschapen.
Dat het gebied zonder overdrijven een ware gedaanteverandering heeft ondergaan, kunnen de Herentalsenaren beamen. Tijdens de wekelijkse marktdag op vrijdag bruist deze ooit zo stoffige (of modderige) en donkere binnenzone van het leven.
Altijd iets in bloei
"Wel, hier hebben ze nu echt eens iets moois van gemaakt", zegt Christel Heylen wanneer ze met haar hond via het stadspark, het Loopke en het binnengebied naar de vrijdagse weekmarkt wandelt.
"Ik vind de manier waarop ze het stadsperk hebben opgeknapt heel geslaagd. Nu kan je tenminste van een park spreken, voordien was het toch vooral donker en rommelig. De manier waarop het park visueel naar het binnengebied is doorgetrokken, vind ik heel erg geslaagd. De aanplantingen zijn zo gebeurd dat er altijd wel iets in bloei staat. Hier vooraan (aan het Loopke, red.) bloeien zelfs helleborussen!"
Dat de auto's op termijn in een ondergrondse parking verdwijnen, maakt Christel al helemaal opgewekt. "Auto's zijn niet zo fijn, daarom ben ik er ook een voorstander van om de Grote Markt parkeervrij te maken. Soms is het wel even wennen.
Neem nu de aanleg van het Begijnhofpark. In het begin vond ik het verschrikkelijk dat die hele groenzone tussen het Begijnhof en de Augustijnenlaan werd verwijderd. Waar moesten al die diertjes nu naartoe?
Maar nu ik het resultaat zie, vind ik het toch geslaagd. Nu gebruiken we dat gebied tenminste, voordien deden we er niets mee! Het is ook mooi dat je een beter zicht hebt op het Begijnhof, al zitten die bewoners er natuurlijk niet langer afgeschermd."
Beleving
Ook Nienke, die net met haar kroost naar de markt is geweest, is in grote mate tevreden. "Het is in ieder geval een flinke verbetering tegenover vroeger. Het is veel groener en mooi aangekleed.
Alleen vind ik het jammer dat het niet voor iets anders gebruikt wordt dan om er te parkeren. Het zou toch een mooi plein zijn om bijvoorbeeld in de zomer een foodtruckfestival of iets dergelijks te organiseren? Dat brengt meer beleving."
Dat lijkt een mening te zijn die het stadsbestuur graag wil overnemen, want het organiseert later een inspraakproject over hoe binnengebied ingevuld moet worden.
"De recente heraanleg van het binnengebied met parkeerzone en groenelementen wordt door iedereen geslaagd genoemd, maar daarbij is altijd verteld geweest dat dit maar een tussenfase is", zegt burgemeester Mien Van Olmen (CD&V).
"We willen het masterplan dat zowat vijf jaar geleden voor het gebied is opgesteld binnenkort actualiseren via een participatief traject. Maar de krijtlijnen van dat masterplan willen we wel behouden."
Ondergronds parkeren
Het is de bedoeling om het hele binnengebied te onderkelderen en er een ondergrondse parkeerruimte te maken. Daarvoor heeft de stad een budget van 800.000 euro ingeschreven in de meerjarenplanning.
Dat geeft de mogelijkheid om de Grote Markt op termijn parkeervrij te maken. Op vraag van de middenstand voert de stad dit gefaseerd uit, waarbij eerst de zuidzijde (de kant richting Bovenrij) wordt aangepakt.
Een ander onderdeel van het masterplan is dat er woonfunctie komt door er appartementsbouw en hedendaagse stadswoningen toe te laten. "In de plaats van zaal 't Hof willen we een nieuwe stadsfeestzaal bouwen.
Door in de hoogte te gaan, kunnen we ook de doorgang vanaf de Grote Markt naar het binnengebied verbreden en kan het gebouw van hotel Karmel wat beter tot zijn recht komen. Zo krijgt die zone een echte verbindende functie tussen Markt en Stadspark."
Stadskantoor
Om die plannen te kunnen realiseren, kwam het Herentalse stadsbestuur eind vorig jaar met Dekenaat Zuiderkempen tot een aankoopovereenkomst voor de site, die afgelopen dinsdag door de gemeenteraad unaniem is goedgekeurd.
Want wellicht weten bitter weinig mensen dat zaal 't Hof, jeugdhuis Tiener en het hele achterliggende binnengebied geen eigendom zijn van de stad Herentals. Die betaalt er sinds 1996 een jaarlijkse erfpachtprijs van zowat 57.000 euro voor. De aankoopprijs -inclusief afkoop van de erfpacht- bedraagt 2,15 miljoen euro.
Nu de stad de hele zone in handen krijgt, maakt dat de ontwikkeling in de toekomst beter beheersbaar. Zo kondigde het stadsbestuur twee maanden geleden aan om te onderzoeken of er tegelijk met de nieuwe stadsfeestzaal geen nieuw stadhuis voor de administratieve diensten gebouwd kan worden.
Om dat te realiseren, bekijkt de stad of ze kan werken met een zogenaamde DBFM-formule: een private partner ontwerpt, bouwt, financiert en onderhoudt de nieuwe infrastructuur.
Bron GVA - 15/02/20 - Hans Otten - dit artikel werd gereproduceerd met toestemming van de uitgever, alle rechten voorbehouden – Nnieuws License2Publish.