Foto: ISOPIX
Mode
Vandaag om 10:09 door | Bron:
Tom Ford is niet alleen een succesvol ontwerper, hij staat ook aan het hoofd van de Council of Fashion Designers of America (CFDA). Het is in die hoedanigheid dat hij een oproep doet voor meer steun aan de modewereld. “Zoals de meeste industrieën, is die van de mode hard geraakt en krijgt het vanuit elke hoek klappen.”
Niet alleen de horeca is zwaar getroffen door de coronacrisis, ook de modewereld bloedt. Veel winkels zijn gesloten en heel wat werknemers zijn tijdelijk werkloos. De CFDA, de organisatie die de Amerikaanse ontwerpers en modehuizen vertegenwoordigt, riep daarom op om de mode-industrie op te nemen in de groep van spelers die een hulppakket krijgt aangeboden van de Amerikaanse overheid. In een gesprek met modevakblad WWD spreekt ontwerper en voorzitter Tom Ford over de impact van de pandemie op de industrie.
“Zoals de meeste industrieën, is de modewereld hard geraakt en krijgt het vanuit elke hoek klappen. Onze leveranciers lijden en onze toeleveringsketen wordt onderbroken omdat letterlijk de hele wereld op slot zit. En de detailhandel in de meeste regio’s, en zeker in de Verenigde Staten, is tot stilstand gekomen”, zegt Ford. “Elke dag verandert het landschap en het is dus bijna onmogelijk om met zekerheid te voorspellen wat de uiteindelijke schade zal zijn voor de economie en specifiek voor de modebranche.”
Donkere wolken
Hij geeft daarbij aan dat er eerst nog meer donkere wolken zullen samenpakken boven de mode-industrie voor de hemel weer zal opklaren. Ford wil in elk geval duidelijk maken dat de mode een grote impact heeft op de algemene economie. Alleen al in de VS is het goed voor een waarde van 400 miljard dollar en biedt het werk aan vier miljoen mensen, retail niet meegerekend.
De CFDA kondigde in elk geval al aan dat de CFDA Awards, die op 8 juni zouden plaatsvinden, voorlopig naar de herfst zijn verschoven. Ford ziet bovendien hetzelfde gebeuren met heel wat modeshows. “Het is duidelijk dat we nog niet meteen van dit virus verlost zullen zijn”, besluit hij.
Met de medewerking van