Ook in een stadstuintje kan u kippen houden. Ze zorgen voor leven, kleur en wat gekakel in uw tuin.
Kippen zijn sociale dieren, hou er daarom minstens twee. Hebt u meer plaats, dan kan u meer kippen houden. Zorg voor minstens twee m² buitenruimte per kip, maar nog beter is het als u minstens vijf m² per kip voorziet. Teveel kippen op een beperkte oppervlakte geeft stress en geurhinder, hou daar dus rekening mee. En denk ook aan uw buren, zorg dat er geen overlast is.
Een ruim en goed geventileerd hok is belangrijk. Hier kunnen ze schuilen voor regen en (teveel) zon. Zorg ook voor een stevige afsluiting van zijkanten, onderkant en bovenkant als u niet wil dat uw kippen in de tuin gaan rondzwerven of om ongenode gasten zoals duiven en vossen buiten te houden.
Kippen eten graag keuken- en tuinrestjes. Zo hebt u minder (organisch) afval. In ruil geven ze u lekkere, verse eitjes.
Kippen eten graag insecten en planten. Zo houden ze hun ren slakken- en onkruidvrij. Zo hebt u een nette tuin op een gemakkelijke manier.
Eieren, die raapt u volop als u kippen heeft. Daarnaast zorgen ze ook voor goede en goedkope meststof: kippenmeststof is wel een sterke voedingsstof. Composteer het daarom samen met ander organisch afval voor u het gebruikt voor uw planten.
Let op : kippen kweken en slachten mag niet in Antwerpen.
En denk eraan, net zoals bij elk huisdier, ook als het nieuwe er af is, moet u uw kippen goed verzorgen. Niet alleen eitjes rapen, maar ook eten en water geven geven, en het hok uitmesten hoort erbij.Op de websites van en vindt u heel wat tips over het houden van kippen.