Een monument van meer dan 450 jaar omvormen tot een hedendaags huis van bestuur met een duurzaamheidscertificaat waar vele gebouwen terecht jaloers op zijn, dat doe je niet alleen. Dat vraagt om een multidisciplinair expertenteam. Ontwerpteam ‘Huis van de Stad’ is zo’n team. Hierin werken architecten, erfgoedspecialisten, stabiliteitsexperten, technici, duurzaamheidsbewakers, brandveiligheidsadviseurs en een kunstenares heel nauw samen. Ze kennen hun vak als geen ander en respecteren dat van hun partners.
Bart Biermans en René van Poppel, architecten bij HUB, werken vaak aan grote projecten in een stedelijke context. Het zijn architecten en ze creëren dus nieuwe dingen of renoveren bestaande gebouwen. En hoewel Bart en zijn team overlopen van de ideeën om het stadhuis opnieuw om te vormen tot een hedendaags huis van bestuur, kunnen zij dat niet alleen. “De grootse ambities en de aard van het stadhuis maken dat je een multidisciplinair team nodig hebt”, legt Bart uit. “Dit kan HUB niet alleen. Als je een monument als het stadhuis wil aanpassen aan het comfort van vandaag, zonder haar onschatbare erfgoedwaarde uit het oog te verliezen, dan heb je meer expertise en competenties nodig. Daarvoor hebben we een team samengesteld van mensen met de juiste competenties en knowhow, mensen waarin we sterk geloven, die we voor 100% vertrouwen en die onze visie en manier van werken delen. En dat moet ook. Je gaat immers een lang en groot avontuur met elkaar aan. Vanaf de start van de oproep van de Vlaams bouwmeester tot en met de oplevering van de werken zijn we voor meer dan vijf jaar aan elkaar gebonden. En in die tijd moeten we heel wat moeilijke beslissingen nemen, ruime financiële budgetten en een strikte planning onder controle houden en een zeer grote verantwoordelijkheid dragen over de kwaliteit van het te leveren eindresultaat. Het team moet dus perfect zitten.”
De verschillende partners uit het expertenteam denken graag mee met de anderen om SAMEN een ontwerp maken. Kathleen Mertens, projectingenieur bij stabiliteitsbureau BAS legt uit. “In dit team hebben we allemaal de overtuiging dat we samen een ontwerp maken in plaats van elkaars problemen op te lossen. We versterken elkaar. Wij werken met ons bureau trouwens nooit samen met architecten waarvan het ontwerp al af is voordat ze ons contacteren.” Bart Biermans vult graag aan: “Wat ons samen kenmerkt is een bewustzijn van een evolutie in ons vakgebied. Ontwerpen zijn al lang niet meer het resultaat van een ingeving van een ontwerper, aangevuld door de kennis van experten stabiliteit en techniek, maar van een proces samen met die vakmensen. Dat is voor iedereen uit dit team heel duidelijk én een bewuste keuze.”
“De tweede verdieping van het stadhuis, heeft geen hoogte en geen ornamenten zoals de eerste verdieping en het Schoon Verdiep”, vertelt Bart Biermans. “Beide verdiepingen ontlenen hun identiteit aan hun interieur en dat geldt niet voor de tweede verdieping. Daar moesten we op zoek naar andere kenmerken. Door de twee binnenste dakstructuren weg te nemen en te vervangen door nieuwe, licht geconstrueerde structuren, ontstaan twee elegante hoge vestibules en krijg je plots meer lichtinval en zicht op de lucht. Germaine Kruip, beeldend kunstenaar, verstrekt dit effect maximaal met een kunstwerk bovenop de historische koepel van het stadhuis. Zo ontstaat nieuwe lichtinval naar het Schoon Verdiep en wordt de lucht gereflecteerd in het gebouw.”
Deze ingrepen maken van het ‘Verlicht Verdiep’ een straf voorbeeld van hoe onze expertises en grenzen elkaar versterken”, gaat Bart verder. “Het vraagt veel van het hele team omdat daar veel vraagstukken samenkomen. Ten eerste botsten we hier op de vraag of je eeuwenoude onderdelen mag wegnemen en vervangen door iets nieuws. Na lange debatten maakten we weloverwogen keuzes over welke delen konden worden verwijderd, onder de belangrijke voorwaarde dat we iets minstens even waardevol in de plaats creëerden. Bovendien moest Kathleen Mertens (stabiliteitsbureau) op zoek naar een elegante, maar haalbare manier om het kunstwerk van Germaine te dragen. Geen evidentie. En ook voor Dries Haesendonck van Daidalos-Peutz (adviesbureau voor bouwfysica, akoestiek en duurzaamheid) was de uitdaging groot: “Hoe zorg je voor voldoende lichtinval zonder te veel reflectie en warmte binnen te halen?” “We moesten de vloer ook verhogen om technieken te kunnen wegwerken, omdat we aan het plafond van de eerste verdieping niet mochten raken”, gaat Bart verder. ”Dit soort projecten kunnen echt enkel slagen wanneer iedereen in het ontwerpteam vanuit de eigen discipline én met een kritische reflex meekijkt en meedenkt.”
Daarom was het ook zo belangrijk dat Germaine Kruip van bij het prille begin bij het project betrokken werd. Germaine: “De integratie van een kunstwerk hangt heel erg af van hoe het tot stand komt. Voor mij is het belangrijk dat mijn kunst wordt opgenomen door het gebouw waar het deel van is. Dan pas is er een eenheid. Ik hou er niet van als werken losstaan van hun omgeving en bijna roepen ‘hier is de kunst!’. Maar dat bereik je natuurlijk alleen als je werk mee kan groeien tijdens het ontwerp. En dit team is daarvoor en voor mij ideaal.”
Philippe Lemineur, restauratiearchitect bij Origin, Architecture and Engineering kan alleen werken in een team waarin iedereen hetzelfde respect heeft voor erfgoed. “Het stadhuis van Antwerpen bestaat meer dan 450 jaar. Het is een schat aan erfgoed die we zo goed mogelijk willen bewaren. We begrijpen natuurlijk dat, als dit monument gebruikt moet worden, het aan een aantal vernieuwingen toe is. Toch kunnen we zo’n project enkel aan met een team waarin iedereen dezelfde vorm van respect heeft voor dit soort gebouwen. Elke ingreep die we doen, moet ervoor zorgen dat de eenheid van dit monument niet verstoord raakt. Daarom werden dit ontwerp en team ook gekozen, omdat het nergens een inbreuk maakt op de historische waarde en logica van het stadhuis. Tegelijk moeten we sommige zaken ook durven laten ontstaan. En die durf komt van de overtuiging van onze partners hier aan tafel.”
Dries Haesendonck (Daidalos-Peutz) bewaakt de duurzaamheid en het hedendaags comfort van het stadhuis. “Het stadhuis voorzien van hedendaags comfort zonder te raken aan haar erfgoedwaarde is een constant geven en nemen. Sommige zaken moeten gewoon anders en aan andere raken we niet. Zo zullen we bijvoorbeeld de wanden op de eerste verdieping isoleren, maar op het Schoon Verdiep niet. Jan van den Bergh (RCR - Bureau in technieken): “Dat geldt ook voor ons. We moeten voortdurend op zoek naar ruimtes waarin we technieken zoals waterleidingen, elektriciteit en verluchting kunnen verbergen. Dat maakt het heel uitdagend. Hoewel, het is vooral een kwestie van het gebouw heel goed te lezen. De schouwen, de houten lambrisering, overal vinden we wel een gaatje.”
Wilt u meer weten over de grote renovatie- en restauratiewerken en de toekomst van het stadhuis van Antwerpen? Lees er alles over in dit uitgebreide .