Neen, hij is niet de topfavoriet voor de Ronde van Lombardije, weet Mathieu van der Poel. Daarvoor schat hij de wedstrijd als te lastig in. Wat dan wel zijn ambities zijn? Van der Poel: “Ik hoop beter te worden met het oog op het Nederlands en Europees kampioenschap.”

De Nederlandse kopman van Alpecin-Fenix finishte afgelopen woensdag nog knap derde in de Gran Piemonte. Een opsteker, bekent Van der Poel, na een Milaan-Sanremo die hijzelf als tegenvallende catalogeerde. “Het deed deugd om opnieuw een finale te rijden”, vertelde hij. “Die slotklim was voor mijn doen heel goed omdat ik toch door echte klimmerstypes omringd was. Toen er gedemarreerd werd, moest ik mijn eigen tempo zoeken omdat het iets te snel ging. Ik ben daar heel diep moeten gaan en kreeg het gevoel dat het beste eraf was. Dat is nog een puntje dat voorb verbetering vabaar is maar op zich was het niet slecht.”

De vorm is stijgende, weet Van der Poel. “Het was een best lastige wedstrijd, zeker voor een type renner als ik. Uiteindelijk was ik best tevreden. Natuurlijk had ik liever gewonnen maar ik ben al blij dat ik op het podium stond en dat ik het werk van de ploeggenoten in een mooi daglicht kon stellen.”

Zaterdag wacht de Ronde van Lombardije. Te zwaar? Mathieu van der Poel: “Zo heb ik het zelf ook gezegd. Als ik het parcours en de deelnemers kijk… Maar ik kijk ernaar uit en hoop onze klimmers in stelling te kunnen brengen. Het gevoel vooraf is alleszins anders dan voor Milaan-Sanremo. Daar startte ik met het gedacht dat ik kon winnen. Dat is in Lombardije niet het geval. Ik moet eerlijk zijn: deze koers is te lastig voor mij. Maar het zal me sowieso sterker maken richting kampioenschappen die er nog aan komen.”

Eerlijk parcours

Van der Poel wil vooral de beruchte Muro di Sormano overleven. “Dat is alleszins het doel maar dat alleen al zal zeer moeilijk worden. En daarna volgt nog heel wat klimwerk. Normaal gezien ligt deze wedstrijd boven mijn mogelijkheden. Welke rol ik ga spelen? Zolang mogelijk meegaan en dan de jongens binnen de ploeg helpen die héél lang kunnen overleven. We moeten proberen iemand in de top tien te plaatsen. Of we kunnen verrassen? Dit is een heel eerlijk parcours. Het zal vooral aan de benen liggen, denk ik. Maar die wedstrijdhardheid zal me van pas komen. Ik denk dat iedereen wel heeft gezien dat ik per wedstrijd telkens iets beter word. Die hardheid heb ik nodig om tot mijn top te komen. Op zich is dit geen superbelangrijke wedstrijd maar ik hoop dat dit een goede stap kan zijn richting het Nederlands en Europees kampioenschap.”

Over de topfavoriet hoeft Van der Poel niet lang na te denken. “Wie Evenepoel klopt, die wint. Andere kapers? Goede vraag. Het zal sowieso een klimmer zijn. Misschien Mollema. Maar als Remco gaat, zal het alle hens aan denk zijn.” (gvdl)