De 29-jarige Marco L. uit Antwerpen stond vandaag opnieuw terecht voor het stelen van post uit brievenbussen. Hij verklaarde dat hij zich verveelde door de coronamaatregelen. Het openbaar ministerie vorderde twee jaar cel en 800 euro boete.
De twintiger verzamelde de voorbije jaren al zeven veroordelingen, onder meer voor het stelen van post. Een agente in burger had op 27 april gezien hoe Marco L. zijn hand in een brievenbus stak van een appartementsgebouw in Antwerpen. Toen hij haar opmerkte, wandelde hij snel weg. Bij controle bleek hij speed, twintig bankkaarten en een attest van een vakbondsuitkering op zak te hebben. Hij verklaarde dat hij zich verveelde door de coronamaatregelen en dat hij het leuk vond - vooral als hij onder invloed was - om door de post van andere mensen te gaan.
De beklaagde beweerde dat hij alleen de post meenam die bovenop de brievenbussen in appartementsgebouwen was blijven liggen, maar dat geloofde de procureur niet. Twee van de aangetroffen bankkaarten konden gelinkt worden aan een diefstal of aan een aangifte van verlies. Een aantal anderen waren nieuw en werden door de bank naar hun klanten gestuurd. Marco L. verklaarde dat hij op goed geluk wat codes wilde uitproberen. Een jaar eerder had hij met die werkwijze 50.000 euro 'verdiend'. Met de kaarten die hij op zak droeg, had hij nog geen geld kunnen bemachtigen.
Volgens de procureur is Marco L. al tien jaar op het slechte pad en verzamelde hij in die periode zeven correctionele veroordelingen voor onder meer het stelen van post, informaticafraude, oplichting, drugs en weerspannigheid. 'Hij heeft een schuldenberg van 100.000 euro, waarvan de helft uit boetes en gerechtskosten bestaat. Intussen blijft hij maar verder doen, want deze man heeft voor niets of niemand respect. De enige plek waar hij niet in brievenbussen kan zitten is de gevangenis', stelde de procureur. De verdediging vroeg de rechtbank om toch nog een straf met probatie-uitstel te overwegen. 'Hij beseft dat het zo niet verder kan en dat hij begeleiding nodig heeft.' Vonnis op 27 augustus.