Vlaams minister van Economie en Innovatie Hilde Crevits wil meer kmo's aanmoedigen om de weg van de bio-economie in te slaan. Dit via financiële ondersteuning voor Vlaamse kmo's die nieuwe biogebaseerde processen willen uittesten op industriële schaal.
Een voorbeeld zijn aardappelschillen die met behulp van industriële biotechnologie transformeren tot duurzame plasticfolie voor voedingstoepassingen.
Daarnaast door ook te investeren in bedrijven die testinfrastructuur ter beschikking kunnen stellen van kmo's. Het doel?
Bedrijven stimuleren om meer hernieuwbare biomassa als grondstof te gebruiken en hen richting een duurzame economie te stuwen, broodnodig om een antwoord te kunnen bieden aan de klimaatcrisis. Dat kondigde minister Crevits vandaag aan tijdens haar bezoek bij Bio Base Europe Pilot Plant (BBEPP) in Gent.
Kentering voor klimaat
"De bio-economie is ondanks haar sterke aanwezigheid in ons dagelijkse leven nog te onbemind, terwijl het een deel van de oplossing is op vlak van klimaatverandering.
Bovendien behoort het onderzoek van onze kennisinstellingen en de expertise van onze testinfrastructuren tot de wereldtop. Daarom richt ik mij met de nieuwe VLAIO-oproep tot Vlaamse kmo's. We willen kmo's kennis laten maken met de wondere wereld van de bioeconomie.
Van afval een nieuw product maken. Daarom voorzien we in steun voor kmo's die de testinfrastructuur die er al is willen gebruiken én steun voor bedrijven met testinfrastructuur om die te kunnen openstellen.
Op basis van biologische nevenstromen van de landbouw en industrie bruikbare producten maken, zoals vb. bio-pesticiden, ingrediënten voor cosmetica en de farmaceutische sector of bouwstenen voor de chemie, is een van de prioriteiten om onze economie circulair en duurzaam te maken. Bio-economie moet een standaardbegrip worden in onze maatschappij", - Vlaams minister Hilde Crevits
Veilige springplank
Voortaan kunnen kmo's zich aanmelden bij VLAIO om hun biogebaseerde innovaties uit te bouwen in één van de beschikbare Vlaamse pilootinfrastructuren.
Een pilootinstallatie vertaalt een nieuw proces dat werkt in het labo naar een rendabel proces op industriële schaal, zonder dat het bedrijf hiervoor al grote risico's moet nemen.
Een veilige springplank dus. Vlaanderen heeft een uniek landschap aan dit soort pilootinfrastructuur, met onder andere de Bio Base Europe Pilot Plant (BBEPP), de Food Pilot, Insect pilot, TRANSfarm, Lignopilot.
Met de oproep wil minister Crevits ook kleinere bedrijven over de streep trekken en de bioeconomie verder verankeren in Vlaanderen. Vlaamse kmo's en start-ups kunnen hierdoor een beroep doen op de expertise van onderzoekers om hun idee of proces op te schalen en zelfs al te introduceren op de markt, zonder zelf al zware investeringen in nieuwe of aangepaste productielijnen te moeten doen.
"Vlaanderen injecteert broodnodige slagkracht om meer bedrijven te laten springen op de kar van duurzaamheid en circulariteit. Het groeipotentieel van de bio-economie en de industriële biotechnologie is gigantisch en leidde de laatste jaren al tot grootschalige investeringen in Vlaanderen.
Gezien de grote klimaatuitdagingen waar we als maatschappij voorstaan, moeten we nu doorpakken", benadrukt Wim Soetaert, CEO van de Bio Base Europe Pilot Plant.
Sneller en meer klimaatimpact
Met het nieuw beleidsplan Bio-economie dat Vlaams minister Hilde Crevits begin dit jaar voorstelde, wil Vlaanderen de topkennisinstellingen, industrie én landbouw laten samenwerken om de bio-economie in bedrijven toe te passen.
De bedoeling is om meer biomassa te gebruiken als grondstof in onze industrie, om zo minder afhankelijk te worden van fossiele grondstoffen. Dit genereert ook een financiële meerwaarde voor de landbouwsector. Minister Crevits voorziet hiervoor 10 miljoen euro waarvan 3,5 miljoen euro voor de oproep met de pilootinstallaties.
Om sneller en effectief een impact te hebben op vlak van klimaat zijn de samenwerkingen rond innovatie in de bio-economie cruciaal. Een groot aantal partners is nodig want bioeconomie gaat over het slim hergebruiken van grondstoffen of producten in de héle waardeketen.
Pilootinfrastructuren vormen dan ook een ontmoetingsplaats voor lokale ondernemers uit de hele waardeketen om concrete cases te realiseren. Denk aan de oogstresten van landbouwers of resten van voedingsbedrijven die nuttig kunnen zijn in de chemische sector of maakindustrie.
Verpakkingen gemaakt uit eigen aardappelschillen
Tijdens het bezoek aan de pilootinfrastructuur van BBEPP in Gent stelden grote bedrijven als ABInbev, maar ook start-ups zoals AmphiStar hun bio-economische projecten voor.
Aardappelverwerkend bedrijf Agristo liet bij BBEPP onderzoeken hoe het afvalresten van aardappels circulair kan inzetten. Momenteel loopt een proefproject met het Europese Newpack project dat aardappelschillen via fermentatie omzet naar bioplastics.
Daar wordt uiteindelijk folie voor het verpakken van voedingswaren van gemaakt. "Een aardappel heeft enorm veel potentieel. We maken er friet van, maar tijdens dat proces kan er nog zoveel meer gebeuren met de nevenstromen die vrijkomen.
Hoe mooi zou het zijn als we er in slagen ons eindproduct te verpakken in een bioplastic gemaakt van onze eigen aardappelschillen!", zegt Ward Claerbout, Legal & External Affairs Manager van Agristo, die trots de folie voorstelde aan de minister.
Bij Agristo alleen al bestaat er een enorme groeicapaciteit. Op jaarbasis verwerkt het bedrijf het equivalent van 714 olympische zwembaden gevuld met aardappelen. Goed voor 4,1 miljard porties frietzakjes. Ook pastaproducent Barilla gaf al aan interesse te hebben in dit product.
Eerder kondigde minister Crevits aan via het Vlaams relanceplan 120 miljoen te investeren in onderzoeksinfrastructuur in Vlaanderen.
Een totale investering van om en bij 21 miljoen euro gaat naar drie nieuwe projecten van BBEPP in het kader van de bio-economie: Bio Base NEXTGEN, Bio Base DEMO, BBEPP/ILVO microbial protein transition.
Meer info over de oproep: