Vaccinatie heeft sinds het begin van de campagne ongeveer 30.000 ziekenhuisopnames kunnen voorkomen door het risico op een ernstige vorm van COVID-19 te verminderen.
'Onze resultaten ondersteunen de huidige toediening van een boosterdosis.
Sciensano analyseerde de resultaten van de vaccinatiecampagne en de impact ervan op de COVID-19-epidemie. We constateerden een vermindering van het risico op infectie maar vooral van het risico op een ernstige vorm van COVID-19 na vaccinatie.
Impact van de vaccinatie op COVID-19-gerelateerde ziekenhuisopnames Sinds het begin van de COVID-19-vaccinatiecampagne houdt Sciensano nauwlettend toezicht op het optreden van 'doorbraakinfecties' bij 'volledig geïmmuniseerde' personen (= personen die minstens 14 dagen volledig gevaccineerd zijn).
De kruising van de gegevens van Vaccinnet+ met die van de klinische surveillance van gehospitaliseerde COVID-19-patiënten, aangevuld met de gegevens uit de surveillance van de ziekenhuiscapaciteit, maakt het mogelijk om de ziekenhuisopnames en sterfgevallen bij de volledig geïmmuniseerde bevolking te volgen.
Globaal beschouwd zijn er sinds het begin van de campagne naar schatting 30.000 ziekenhuisopnames voorkomen dankzij vaccinatie.
Als we kijken naar het profiel van de gehospitaliseerde COVID-19-patiënten, dan stellen we vast dat dat veranderde tijdens de 3de COVID-19-golf (15 februari tot 10 juli 2021) in vergelijking met de 2e golf (30 augustus 2020 tot 14 februari 2021).
Binnen de groep gehospitaliseerde patiënten daalde het aandeel van de groepen die prioritair gevaccineerd werden, zijnde de bewoners van woonzorgcentra, oudere bevolkingsgroepen en mensen met onderliggende aandoeningen.
Voor de periode van 18 tot 31 oktober 2021 was het risico op ziekenhuisopname verminderd met 88% bij volledig geïmmuniseerde patiënten van 18-64 jaar. Het risico op complicaties die een opname op intensieve zorgen vereisen, was verminderd met 93% voor deze groep.
Voor diezelfde periode, was het risico op ziekenhuisopname verminderd met 63% bij volledig geïmmuniseerde patiënten van 65 jaar en ouder. Het risico op complicaties die een opname op intensieve zorgen vereisen, was verminderd met 75% voor deze groep.
De bescherming van het vaccin tegen een ernstige vorm van de ziekte is dus hoog, en is sinds oktober 2021 slechts een beetje gedaald onder 65-plussers.
Vaccinatie vermindert ook het risico op sterfte tijdens het ziekenhuisverblijf.
De analyse van een steekproef van personen overleden in het ziekenhuis tussen 6 september 2021 en 17 oktober 2021 (31% van alle geregistreerde COVID-19 sterfgevallen) geeft aan dat het risico om te overlijden aan COVID-19 na een ziekenhuisopname 8 keer lager lag voor volledig geïmmuniseerde patiënten in vergelijking met niet-gevaccineerde personen van 18 jaar en ouder.
Impact van COVID-19-vaccins op infecties bij de algemene bevolking
Tussen april en juli 2021 was het risico op infectie (zowel symptomatisch als asymptomatisch) verminderd met 80-90% bij volledig geïmmuniseerde personen in vergelijking met niet-gevaccineerde personen, ongeacht hun leeftijd.
Sinds juli 2021 is bij personen van 65 jaar en ouder een progressieve daling van de bescherming door het vaccin waargenomen.
Tussen 18 en 31 oktober 2021 hadden volledig geïmmuniseerde 65-plussers nog maar 13% minder kans om besmet te worden in vergelijking met niet-gevaccineerde leeftijdsgenoten (457 besmettingen per 100.000 volledig geïmmuniseerde personen tegenover 523 per 100.000 bij niet-gevaccineerde personen).
Dit kan mogelijk toegeschreven worden aan de aanwezigheid van de deltavariant, aan de recent toegenomen viruscirculatie en aan een potentiële daling van de immuniteit in deze groep, die in het begin van de vaccinatiecampagne werd gevaccineerd.
Ook bij de 18-64-jarigen wordt een daling van de bescherming van het vaccin vastgesteld maar pas sinds oktober 2021. Dit komt waarschijnlijk doordat het grootste deel van deze groep later gevaccineerd werd, en door een betere immuunrespons ten opzichte van ouderen.
Voor de periode van 18 tot 31 oktober 2021 is de vermindering van het infectierisico bij volledig geïmmuniseerde 18-64-jarigen 52%. In deze periode waren er in deze leeftijdsgroep 636 COVID-19-gevallen per 100.000 volledig geïmmuniseerde personen tegenover 1336 gevallen per 100.000 niet-gevaccineerde personen.
Conclusie
In België is een hoge vaccinatiegraad bereikt, vooral in de groepen met een hoog risico op een ernstige vorm van COVID-19. Hierdoor zijn een aanzienlijk aantal ziekenhuisopnames voorkomen.
Net zoals de internationale gegevens tonen de Belgische resultaten aan dat volledige vaccinatie tegen COVID-19 een doeltreffende bescherming biedt tegen ernstige vormen van de ziekte, zelfs na infectie met de delta-variant.
De werkzaamheid van het vaccin tegen milde vormen van COVID-19 is echter afgenomen en herinnert ons aan het belang om vaccinatie te combineren met andere preventieve maatregelen (handhygiëne, dragen van een masker, fysieke afstand, enz.).
In België stellen we sinds het einde van de 3de golf een daling vast van de bescherming van vaccins tegen infectie, vooral bij 65-plussers.
De bescherming van het vaccin tegen ziekenhuisopname blijft echter hoog en is sinds oktober 2021 slechts licht gedaald, met name onder 65-plussers. Samen met de hoge initiële werkzaamheid van het vaccin en studies die de doeltreffendheid van een boosterdosis aantonen, versterkt dit het belang van het aanbieden van een boosterdosis aan kwetsbare bevolkingsgroepen.
Op het moment dat dit rapport werd geschreven, is de 4de golf van COVID-19 aan de gang, met een exponentiële stijging van het aantal gevallen en een aanzienlijke toename van het aantal ziekenhuisopnames.
Naast de mogelijke afname van de door de vaccinatie opgebouwde immuniteit na verloop van tijd, spelen de opheffing van de strikte sociale beperkingsmaatregelen en van maatregelen zoals het dragen van een masker, alsook een seizoensgebonden effect een belangrijke rol in de huidige toename van het aantal gevallen.
Wij zullen de evolutie van de epidemie en van de vaccinatiegraad met de boosterdosis nauwlettend blijven opvolgen om het effect ervan op de epidemiologische indicatoren te evalueren.'