Het Europees Parlement heeft de hervorming van het auteursrecht, dat het gebruik van (sociale) media moet aanpassen aan het digitale tijdperk, goedgekeurd.
Met de nieuwe richtlijn moeten internetplatformen strenger toezien op wat er geüpload wordt. Google (eigenaar van YouTube) liet in een eerste reactie weten dat de nieuwe hervorming de creativiteit en de digitale economie zal schaden.
Marie-Christine Janssens, professor auteursrecht aan de KU Leuven, legt op Radio 1 uit of dit het gevreesde "einde van het vrije internet is".
Wat is de situatie nu? Van heel wat artiesten staat er muziek op internetplatformen als YouTube, Facebook en Google. Daarvoor is de toestemming van de muzikanten niet gevraagd. Zij verdienen er niets tot een habbekrats mee.
Terwijl de online-media wel veel inkomsten genereren uit bijvoorbeeld advertenties bij clips. Met de hervorming van het auteursrecht wil Europa daar iets aan veranderen. Wie iets gecreëerd heeft en de wijde wereld heeft er toegang toe, moet daar een vergoeding voor krijgen.
Het voorstel is dat internetplatformen de artiesten betalen en via filters beletten dat inhoud waarvoor níét betaald is, geüpload wordt.
Critici zien dit als het "einde van het internet". Zij vinden dat het internet dan op televisie zal lijken waar een klein aantal bezitters van auteursrechten zal onderhandelen met enkele grote platformen, en de rest gewoon niet mag meedoen.