Vandaag om 19:01 door redactie
Foto: Photo News
Exact om 18u Belgische tijd begon Antwerpenaar Victor Campenaerts aan het met voorsprong lastigste uur van zijn leven. 54 kilometer en 527 meter, zo ver moest de Europees kampioen tijdrijden geraken, wilde hij Sir Bradley Wiggins van de tabellen rijden en het werelduurrecord voor het eerst sinds Eddy Merckx opnieuw in Belgische handen te brengen.
Met een monsterversnelling - 61x14 - rekende Campenaerts op een geschat eindresultaat van 55km200, goed voor een flinke verbetering van de prestatie van Bradley Wiggins. Hoogmoed of realisme? Campenaerts zou het na 3600 afzien seconden weten.
Zijn start mocht niet te snel zijn, had Campenaerts op voorhand gezegd. En dus was zijn eerste kilometer, zoals voorzien, twee seconden trager dan die van Bradley Wiggins. Maar Campenaerts vond al vrij snel zijn ritme en was na vijf kilometer al even snel dan de Britse recordhouder. Perfect op schema. Vijf kilometer verder was de tendens duidelijk: Campenaerts reed dan al vier seconden onder het schema van Bradley Wiggins, zijn rondetijden waren als die van een Zwitserse metronoom, laag in de zestien seconden. De eerste vijftien kilometer legde hij af aan 55km/u gemiddeld, onwaarschijnlijk. Maar we waren niet eens twintig minuten ver, er kon dus nog veel gebeuren.
Niet verzwakken
Als Victor Campenaerts niet verzwakte, dan was het werelduurrecord voor hem. En Campenaerts verzwakte niet. Na 20 kilometer: 11 seconden voorsprong. Vader Gino Campenaerts en de weinig toegelaten fans geloofden er almaar meer in. Het volgende ijkpunt: 25 kilometer. De voorsprong: volle dertien seconden.
Na exact dertig minuten rijden - halfweg dus - stoomde Campenaerts op een tempo van 55,117 kilometer per uur. En zijn gemiddelde snelheid bleef maar oplopen. De Antwerpenaar, vertrokken op een schema van 55km/u, mocht zijn rondjes niet trager afleggen dan 16”45. En hij dook daar ronde per ronde ongeveer een tiende per seconde onder, goed voor een bonus van enkele meters per ronde.
De voorsprong van Campenaerts op het schema van zijn illustere ‘voorganger’ liep ronde per ronde op, zodat hij op een gegeven ogenblik Wiggins virtueel al ruimschoots had gedubbeld, de gemiddelde snelheid van de Antwerpenaar bleef ronde per ronde oplopen. De wetenschap dat Wiggins in de laatste tien minuten van zijn poging ook verzwakte, maakte de marge van Campenaerts almaar groter.
Na driekwart uur zat de Antwerpenaar nog altijd op een schema van 55,110 meter, bijna zeshonderd meter verder dan Wiggins. Enkel de vaak cruciale laatste tien minuten konden Campenaerts nog nekken maar niemand die dat nog wilde geloven. Onze landgenoot zag de rondetijden wel lichtjes oplopen maar zijn gemiddelde snelheid bleef boven de 55 kilometer per uur, nog altijd ruim sneller dan Wiggins. Of hij het record zou halen was dan al niet meer de vraag, wel of hij de magische grens van 55 kilometer per uur kon breken.
Campenaerts kende nu duidelijk moeilijke momenten en zag zijn gemiddelde snelheid beetje bij beetje zakken naar de grens van de 55 kilometer. Maar de wetenschap dat zijn beproeving er bijna op zat, maakte bij de Antwerpenaar een laatste keer extra krachten vrij.
De renner van Lotto-Soudal plooide een beetje maar aan plooien wilde hij helemaal niet denken. Campenaerts versnelde toch en bleef het beste van zichzelf geven. Zijn rondetijden zakten terug naar de zestien seconden. Genieten? Neen, dat volgde pas na het laatste signaal. Wat een prestatie!
Herbeleef hier de knalprestatie van Victor Campenaerts
Met de medewerking van