De mobiliteitsorganisatie VAB pleit voor de oprichting van een mobiliteitsfonds dat moet instaan voor de financiering van prioritaire mobiliteitsinvesteringen. Dit fonds wordt gespijsd met de inkomsten van de jaarlijkse verkeersbelastingen, de inschrijvingstaks en het deel van de verkeersboetes dat Vlaanderen ontvangt.
Het geld moet dienen voor het structureel onderhoud van de verkeersinfrastructuur, de kwaliteitsverbetering van openbaar vervoer en fietsvoorzieningen. "Zonder dergelijk mobiliteitsfonds lopen we het risico dat al het beschikbare geld naar de nieuwe projecten zoals Oosterweel en Brusselse ring gaat", meent VAB. " Als de Vlaamse overheid geen geld heeft voor deze nieuwe weginfrastructuur, dan kan ze de gebruikers van de Antwerpse en Brusselse ring via een intelligente tolheffing mee laten betalen voor deze zware investeringen."
VAB wil dat de overheid de volgende 10 jaar garantie biedt dat belangrijke mobiliteitsinvesteringen ook kunnen gebeuren. VAB schat dat een extra budget van 15 miljard gespreid over 10 jaar nodig is om Vlaanderen om mee de modal-shift mogelijk te maken en de basisinfrastructuur op niveau te houden. VAB zegt dat een vierde van de gewestwegen in Vlaanderen in slechte staat verkeren. En dat één op de drie tunnels en bruggen grondig onderhoud binnen dit en tien jaar nodig heeft of zelfs vervangen moet worden.
Andere vaststelling is dat voorbeelden in het buitenland meer en meer op openbaar vervoer en fiets focussen. Steden kampen met een toenemende verkeersdruk en zien de oplossing in zware investeringen in de capaciteit en doorstroming van tram en bus, in de organisatie van overstapmogelijkheden van fiets of auto op openbaar vervoer en in de uitbouw van een goede fietsinfrastructuur. Ook Vlaanderen zou de volgende 10 jaar zwaar moeten investeren in de capaciteit en snelheid van het openbaar vervoer en de focus leggen op de bereikbaarheid van de 13 centrumsteden en de achtergebleven regio's zoals Limburg en West-Vlaanderen, vindt de VAB.
Foto Belga