Foto: Taboob
Vandaag om 10:05 door
48 uur, zo lang konden twee Antwerpse creatievelingen stiekeme foto’s van blote borsten posten op Instagram voor het account offline werd gehaald.
Fotografe Noortje Palmers, wier werk vaak verschijnt in De Standaard Magazine, lanceerde samen met reclameman Jasper Declercq de Instagram-account Taboob, waar ze sinds maandagochtend ‘verboden’ foto’s van borsten posten. Hun bedoeling: uitzoeken waar de grens precies ligt, want waar een naakt mannentorso veelvuldig gedeeld mag worden op Instagram, worden foto’s van vrouwelijke tepels zo veel (en zo snel) mogelijk geweerd door de moderatoren.
Palmers en Declercq fotografeerden voor hun experiment tientallen borsten van vrijwillige modellen - ‘borsten van twintig tot zeventig jaar van elke huidskleur in elke cupmaat’ - telkens vermomd op een andere manier. Soms werd de borst bedekt met confetti of snoepgoed, soms werd het beeld achteraf digitaal gemanipuleerd. Enkele uren nadat de account online ging, werden de eerste foto’s al verwijderd. 48 uur later is ook de account zelf verdwenen van Instagram, samen met zijn meer dan 22.000 volgers, én werden Palmers en Declercq geblokkeerd.
Met de hulp van vrienden zijn ze evenwel een gestart, aldus de fotografe op Facebook, waar ze nogmaals oproept om de foto’s zo veel mogelijk te delen voor ze worden verwijderd. De beelden krijgen in het najaar overigens een tweede leven op een expo bij Galerie Ingrid Deuss in Antwerpen. De prints zullen er ook te koop worden aangeboden, de opbrengt is bestemd voor onderzoek naar borstkanker.
Ook de Belgische ontwerpster Murielle Scherre maakte eerder al kennis met de censuur op Instagram. Wie op de socialemedia-app de account van haar lingeriemerk La Fille d’O via de zoekfunctie probeert te vinden, zal bot vangen. Alleen wie het lingeriemerk Scherre al volgt, ziet haar account opduiken – weliswaar helemaal onderaan de lijst met zoekresultaten. Ook zij moest noodgedwongen een nieuwe account te starten. “Het voelt alsof Instagram me als een stout kind in de hoek zet.”
Overlijdens in Antwerpen.
Met de medewerking van