Op deze zondag was het ook Open Monumentendag. In Herentals kon je een bezoekje brengen aan de Sint-Waldetrudiskerk of aan de Begijnhofkerk en het Begijnhofmuseum.
Door de grote volkstoeloop op Montmartre kregen deze laatste twee ook heel wat bezoekers over de vloer. De redactie van Nnieuws ging een kijkje nemen.
De Sint-Waldetrudiskerk is een voorbeeld van zuivere Brabantse gotiek. Het beschermde monument is opgetrokken uit Ledische zandsteen. De speciale positie van de toren tussen koor en beuk is een van de opvallendste kenmerken van de kerk. De toren lijkt wel in het schip te zakken. Dit is allicht te verklaren door het feit dat de toren het enige overblijfsel is van de oorspronkelijke veertiende-eeuwse kerk.
De bouw van de kerk begon in 1417. De kerk is rijkelijk versierd met borstweringen, waterspuwers, nissen en torentjes. De toren is 33 meter hoog. De kerk bevat heel wat kunstschatten, zoals het retabel van Sint-Crispien en Crispiniaan en schilderijen van de Franckens, DeVos en Cossiers.
In het midden van het Begijnhof staat de sierlijke gothische Sint-Catharinakerk. Georiënteerde, laatgotische pseudobasiliek van 1599-1614, centraal gelegen op het deels omhaagde voormalige kerkhof, aan de zuidzijde afgesloten door gietijzeren hekken.
Kerk opgetrokken met recuperatiematerialen van het vroegere noordelijk gelegen begijnhof buiten de stad: baksteen en witte natuursteen (Gobertange en sporadisch Balegemse zandsteen) voor plint, speklagen en dekstenen, sporadische verwerking van ijzerzandsteen in de plint; 19de-eeuwse en 20ste-eeuwse herstellingen in Euville (onder andere vensterdorpels, dekstenen en waterlijsten).
Het begijnhofmuseum, dat onderdak vindt in de 300 jaar oude infirmerie van het begijnhof, moet de waardevolle en in ons land soms unieke collectie voorwerpen herbergen die zo’n 750 jaar begijnenleven in Herentals hebben nagelaten.