Het Cultuurpark maakt deel uit van de grotere parkenstructuur van de stad. Het gebied herbergt onder meer Antwerp Expo (het ‘Bouwcentrum’), kunstencampus deSingel en zwembad Wezenberg. Na de uitbreiding van deSingel wordt nu een masterplan opgemaakt voor een nieuw tentoonstellingscomplex en voor de ruime omgeving.
Het Cultuurpark is vooral bekend omwille van Antwerp Expo (het ‘Bouwcentrum’), de internationale kunstencampus deSingel (die recent werd uitgebreid), stedelijk zwembad Wezenberg en verschillende sportterreinen (Wilrijkse pleinen). Het 54 hectare grote Cultuurpark strekt zich uit van Domein Hertoghe aan de Markgravelei in het noorden tot de Bevrijdingstunnel in het zuiden.
Momenteel worden verschillende onderzoeken uitgevoerd om de groene structuur - met name de open ruimteverbindingen - en de culturele uitstraling van het Cultuurpark te versterken. Ook de samenhang van de verschillende functies moet worden verbeterd. Daarom worden momenteel twee masterplannen opgemaakt: één voor de bouw van een nieuw tentoonstellingscomplex en één voor de ruime omgeving.
Voor de opmaak van een masterplan werkt de stad samen met de eigenaar van Antwerp Expo. Momenteel voert de stad een variantenstudie uit om verschillende inrichtingsvoorstellen en programma’s aan elkaar te toetsen. Tegelijk wordt een mobiliteitsonderzoek opgestart om de verschillende varianten te bestuderen. Na de oplevering van de variantenstudie start de opmaak van een ruimtelijk milieueffectrapport (plan-MER). Dat is noodzakelijk om de terreinen te herontwikkelen.
Samen met de parken Den Brandt, Middelheim en Nachtegalen maakt het Cultuurpark deel uit van het Zuiderpark. Dat is een van de vijf grote stedelijke parken die in het ruimtelijk structuurplan (s-RSA) gedefinieerd staan als ‘zachte ruggengraat’. Deze vijf grote parken staan met elkaar en de Schelde in verbinding.
Het s-RSA duidt het Cultuurpark aan als een van de top- en kantoorlocaties binnen de strategische ruimte Groene Singel. De visienota Groene Singel ‘Durven dromen van een Groene Rivier’ omschrijft deze locaties als 'dense, maar compacte ontwikkelingen gesitueerd op de openbaarvervoersknopen en ondersteund door een centraal beheerd parkeersysteem'. De gebouwen in de top- en kantoorlocaties vormen een sterk architecturaal geheel dat van op de Ring en het spoor een stedelijk visitekaartje vormt.