Leden van motorclub No Surrender bij de begrafenis van kopman Brian Dalfour. Foto: EPA
Vandaag om 16:46 door sare
Vier leden van een Antwerpse drugsbende die in Breda terechtstonden voor een dubbele moord zijn volgens de aanklager wel schuldig maar moeten geen straf krijgen. Het Openbaar Ministerie meent dat ze uit zelfverdediging handelden.
In een bungalow in een vakantiepark in het Nederlandse Hooge Zwaluwe liep een ripdeal in oktober 2015 lelijk mis. In het huisje werden de levenloze lichamen van Brian Dalfour, leider van de Amsterdamse afdeling van motorbende No Surrender, en Muljaim Nadzak gevonden. Antwerpenaar Samir T. en Nederlander Roy O. raken zwaargewond.
l snel blijkt dat Samir T. samen met enkele andere Antwerpse drugscriminelen naar Nederland gekomen is voor een deal. Ze hadden afgesproken in het vakantiepark en werden daar overvallen door Dalfour en Nadzak die zich als politieagenten verkleed hadden. De Antwerpenaars zouden zich hebben kunnen vrijvechten en er werd in alle richtingen geschoten, met de twee dodelijke slachtoffers als gevolg.
De zaak werd woensdag behandeld in de rechtbank van Breda. Volgens de lokale media BN De Stem en Omroep Brabant vroeg de openbare aanklager daar om vier Belgen wel schuldig te bevinden maar niet te straffen. Hij oordeelde blijkbaar dat Samir T., diens broer Ghalid, Michaël H. en Mohamed L. de waarheid spraken toen ze zeiden uit zelfverdediging te hebben gehandeld.
"Het zijn de Belgische verdachten geweest die op de Nederlanders hebben geschoten. Acht keer in totaal. Maar uit zelfverdediging, meent het OM”, schrijft Omroep Brabant.
Voor een vijfde Belg die mee verdacht werd, Youssef C., vroeg de aanklager de vrijspraak omdat hij niet in het huisje aanwezig was. “Hij speelde een dubieuze rol, maar er is geen bewijs dat hij bij de schoten betrokken was’’, bericht BN De Stem. Tegen Nederlander Roy O. werd drie jaar cel gevorderd omdat hij zich medeplichtig maakte aan poging diefstal met geweld.
Overlijdens in Antwerpen.
Er zijn recent geen nieuwe overlijdens toegevoegd.
Met de medewerking van